Wat Zijn De Westerlingen?

Auteur: | Laatst Bijgewerkt:

De westelijke winden, ook bekend als de westelijke stormen, komen voor op twee gebieden op aarde: tussen 30 en 60 graden breedtegraad op het noordelijk halfrond en tussen 30 en 60 graden breedtegraad op het zuidelijk halfrond. De naam van deze unieke wind komt van de richting van hun oorsprong; de westenwinden lopen van west naar oost, terwijl andere winden van oost naar west lopen. In wezen stijgt de lucht rond de evenaar terwijl deze opwarmt. Deze opwaartse beweging zorgt ervoor dat de koelere lucht op hogere hoogten naar de eerder genoemde breedtegraden verplaatst wordt. Deze circulerende lucht zorgt ervoor dat de lucht op lagere hoogten in dit hogere breedtebereik ook beweegt. Het verschil in snelheid tussen deze twee soorten lucht is wat wordt gevoeld op het oppervlak van de aarde.

Meteorologen melden dat de Westerlingen hogere snelheden en meer kracht hebben tijdens het winterseizoen, dat op het noordelijk halfrond van december tot februari en op het zuidelijk halfrond van juni tot augustus is. Dit onderscheid is te wijten aan de luchtdruk over de polen in de winter. Lagere druk betekent sterkere westenwind. Wanneer deze winden over landgebieden bewegen, wordt de richting veranderd en beweegt deze zich in een meer noord-zuid patroon. Door deze richtingsverandering worden de westenwinden aanzienlijk vertraagd over het land. Het tegenovergestelde is waar over water, waar de westelijke snelheden hogere snelheden kunnen bereiken. Deze actie betekent dat de westelijke winden de neiging hebben om met hogere snelheden te bewegen op het zuidelijk halfrond, waar er minder landoppervlak is dan het noordelijk halfrond.

De oceaan en de Westerlingen

Net als de wind beweegt de oceaan constant en deze beweging wordt beïnvloed door de wind. Alle winden, inclusief de westenwinden, trekken over het oppervlak van de oceaan, waardoor de stroom in dezelfde richting beweegt als de wind. Omdat de westenwinden bewegen in de tegenovergestelde richting van de passaatwinden en de landmassa's de stroming van oceaanwater belemmeren, treedt een cirkelvormig patroon van oceaanstroom op.

Het verschil in snelheid en kracht van de westelijke winden in de noordelijke en zuidelijke hemisferen komt ook overeen met de snelheid en kracht van de zeestromingen. Deze correlatie betekent dat de oceaanstroom op het zuidelijk halfrond veel sterker is dan die op het noordelijk halfrond. Een andere factor die bijdraagt ​​aan de sterkte van de stroom staat bekend als westerse intensivering, die optreedt als gevolg van het eerder genoemde cirkelvormige patroon van de oceanen van de aarde. Het resultaat van deze intensivering is dat de stroming langs de westelijke grens van de oceaan sterker is dan langs de oostgrens. Deze westelijke wateren voeren warmere temperaturen naar zowel de noord- als de zuidpool. Een voorbeeld hiervan is de Golfstroom, die zich aan de westelijke rand van de Atlantische Oceaan bevindt. De Golfstroom is sterker dan de California Current, die zich aan de oostelijke rand van de Stille Oceaan bevindt. De Golfstroom gaat verder in noordoostelijke richting, maar wordt tegengehouden door de westelijke winden voordat deze de eilanden Antigua en Barbuda kan bereiken. Hetzelfde gedrag wordt gezien in de noordwestelijke regio van de Stille Oceaan.

The Westerlies and Trade Winds

Als de dominante winden in de middelste breedtegraden, hebben de westelijke winden een aanzienlijke invloed gehad op handelsroutes door de geschiedenis heen. Dit belang voor handel geldt met name voor de "Roaring Forties", enkele van de sterkste westenwinden op het zuidelijk halfrond tussen 40 en 50-breedtegraad. Deze wind vergemakkelijkte de Brouwer Route, die tijdens de 1600's werd gebruikt om van Kaap de Goede Hoop in zuidelijk Afrika naar het eiland Java in Indonesië te reizen. Niet alleen hielpen de westelijke winden de zeilers het juiste pad op te gaan, maar ze maakten ook de reis sneller dan de vorige methoden waren geweest. Volgens sommige bronnen werd de tijd die nodig was om tussen deze twee plaatsen te komen door de westelijke winden te gebruiken gehalveerd. Hendrick Brouwer, een Nederlandse ontdekkingsreiziger, wordt gecrediteerd met het ontdekken van de route. De betekenis van de westelijke winden hielp het gezicht van de handel ongeveer twee eeuwen vorm te geven. Bovendien leidde het gebruik van deze winden tot de Europese ontdekking van Australië (dat werd bewoond door inheemse volkeren voorafgaand aan deze ontdekking).

Hoewel de Age of Sail eindigde in het midden van de 1800's, met de komst van stoomschepen, zijn de westelijke winden nog steeds een belangrijk navigatie-instrument voor moderne schepen. Zeilboten blijven vaak de westelijke winden volgen, met name die deelnemen aan racewedstrijden.

Impact van klimaatverandering op de Westerlingen

Onderzoekers hebben onlangs een verband gelegd tussen de westelijk waaiende winden en de wereldwijde klimaatverandering. Menselijke activiteit heeft geleid tot een verandering in de temperaturen en klimaatpatronen in bepaalde delen van de wereld. Deze verandering is vooral merkbaar op Antarctica, waar de temperatuur over het algemeen koeler is dan de historische trends aangeven, en op het zuidelijk halfrond in het algemeen, waar de temperatuur oploopt. De menselijke activiteit die hier verantwoordelijk voor wordt geacht, is de aantasting van de ozonlaag en CFK-vervuiling.

Het gebied tussen de pool en de westelijke winden (op het zuidelijk halfrond) ervaart verhoogde temperaturen als gevolg van de combinatie van deze twee weerpatronen. Op zijn beurt zorgt deze warmere temperatuur ervoor dat de westelijke winden in kracht en snelheid groeien. Naarmate deze winden sterker worden, voorkomen ze dat de warme lucht naar de zuidpool terechtkomt. Daarom worden de kustgebieden van Antarctica meer beïnvloed door de verhoogde temperaturen. De westestromen op het noordelijk halfrond ondervinden het tegenovergestelde effect, voornamelijk omdat de ozonlaag in dit gebied niet zo uitgeput is als in het zuiden. Deze verzwakte westenwinden betekenen dat de Arctische polaire jetstroom niet zo sterk is als in voorgaande jaren. Omdat deze straalstroom in een langzamer tempo beweegt, heeft deze de neiging om zijn koers te veranderen in extremere patronen dan ooit. Deze veranderende koers combineert met de koelere temperaturen om extreme weersomstandigheden op het noordelijk halfrond te produceren. Andere wetenschappers hebben geclaimd dat er een verband is tussen deze veranderingen in zowel de noordelijke als de zuidelijke westelijke patronen en toenemende droogte in landen van beide hemisferen. Dezezelfde wetenschappers voorspellen dat deze weersveranderingen zich in de toekomst zullen voortzetten, met toenemende bosbranden, afnemende landbouwproductie en uitputting van mariene hulpbronnen.