"Berg" en "heuvel" zijn relatief veel voorkomende termen in Engelssprekende landen over de hele wereld. In het dagelijkse gesprek hebben de twee woorden de neiging om te verwijzen naar twee zeer verschillende geografische formaties zonder vaste definitie. Ondanks de schijnbare verschillen tussen de twee delen bergen en heuvels enkele overeenkomsten. Beide zijn bijvoorbeeld geografische formaties die uitsteken boven de grond en hoger staan dan het omliggende land. Of deze twee formaties hetzelfde of verschillend zijn, is voor sommigen een twistpunt. Dit artikel belicht de verschillen tussen een berg en een heuvel.
Wat is een berg?
Voorafgaand aan de 1970s volgden geografische samenlevingen in zowel het Verenigd Koninkrijk als de Verenigde Staten een eenvoudige definitie van bergen. Volgens deze vroege definitie zijn bergen een geografische functie die hoger staat dan 1,000 meter boven zeeniveau. Beide landen gebruiken deze definitie echter niet langer om bergen te classificeren.
Over het algemeen worden bergen gemaakt als gevolg van breuklijnactiviteit. Deze formaties hebben meestal steile hellingen en een zeer scherpe, gedefinieerde piek. Bovendien bieden bergen een moeilijke klimuitdaging voor trekkers vanwege het terrein en de snelle hoogtewinst. Bergen worden ook het meest aangetroffen in een bereik met andere vergelijkbare bergtoppen, ook bekend als een bergketen. De meeste, maar niet alle, bergen kunnen ook worden geïdentificeerd aan de hand van hun naam, die meestal het woord 'berg' bevat.
Wat is een heuvel?
Heuvels worden soms gevormd door breuklijnactiviteit. Bovendien hebben onderzoekers vastgesteld dat er ook heuvels kunnen worden gecreëerd als gevolg van erosie, die optreedt wanneer wind en regen stenen en grond afvoeren, waardoor de oorspronkelijke geografische formatie kleiner en kleiner wordt. Vanwege deze erosie-activiteit hebben heuvels de neiging om een zacht hellende vorm te hebben en zijn ze meestal niet erg hoog in opstand. Deze hellende vorm betekent ook dat de top van een heuvel niet erg uitgesproken is en vaak lijkt rond in vorm. Wandelaars en bergbeklimmers vinden het doorgaans minder uitdagend om naar de top van een heuvel te reiken.
Wetenschappers hebben ten minste vier soorten heuvels geïdentificeerd: tors, buttes, drumlins en puys. Tors zijn heuvels met een soort van blootgestelde rotsformatie op zijn top. Buttes zijn verhoogde heuvels met een tafelachtige piek, gelegen in het midden van anders vlakke locaties. Drumlins zijn heuvels die een bijzonder lang stuk terrein bedekken en werden gevormd door gletsjeractiviteit. Ten slotte zijn puys van vulkanische oorsprong en hebben ze een duidelijke kegelvorm.
Verschillen tussen bergen en heuvels
De verschillen tussen bergen en heuvels zijn voornamelijk gebaseerd op een onofficieel begrip, gezien het ontbreken van een formele geografische of geologische indeling van de twee. Kortom, het grootste verschil tussen een berg en een heuvel is hoogte. Het idee dat een berg groter is dan een heuvel is misschien wel het meest algemeen aanvaarde verschil tussen de twee. Bovendien worden bergen vaak beschouwd als een veel meer gedefinieerde en puntige piek dan die op een heuvel. Het laatste verschil tussen bergen en heuvels is dat bergen typisch tot een grotere bergketen behoren, terwijl heuvels meestal alleenstaand worden gevonden.